Zoeken
Overzicht
Print linkerkant
Print rechterkant
Print beide zijden
PRINSJESDAGSPECIAL - BELASTINGPLAN 2021 [1/8] Prinsjesdagspecial 2021 In deze Prinsjesdagspecial staan de belangrijkste voorstellen uit het Belastingplan 2021 en aanvullende wetsvoorstellen voor u op rij. De special is verdeeld in de volgende onderwerpen: - maatregelen Covid-19; - maatregelen ondernemingen; - maatregelen werkgever; - maatregelen (vermogende) particulieren; - maatregelen internationale situaties; - maatregelen onroerend goed; - maatregelen auto & mobiliteit; - overige maatregelen. De voorgestelde maatregelen zullen per 1-1-2021 in werking treden, tenzij anders vermeld. COVID-19 Coronareserve Om op een vroeger moment een verwacht verlies over 2020 te verrekenen, is onder voorwaarden al goedgekeurd dat belastingplichtigen voor de vennootschapsbelasting over het boekjaar 2019 een fis- cale reserve kunnen vormen (coronareserve). Belastingplichtigen voor de vennootschapsbelasting kunnen deze coronareserve vormen voor het coronagerelateerde verlies dat zich naar verwachting in het boekjaar 2020 voordoet. De coronareserve verlaagt de winst over 2019 en daardoor kan op korte termijn (een deel van) de betaalde belasting over 2019 terug gekregen worden, of hoeft (een deel van) de belasting over 2019 niet meer te worden betaald. Met dit voorstel wordt de al bestaande goedkeu- ring in wetgeving omgezet. Let op! De coronareserve mag niet groter zijn dan de winst van het jaar 2019 en ook niet groter dan het totale verwachte verlies in het jaar 2020. Vrijstelling Subsidie vaste lasten Medio 2020 heeft het kabinet de TOGS vervangen door de Regeling subsidie financiering vaste lasten MKB COVID-19 (ook wel tegemoetkoming vaste lasten (TVL) genoemd). Het Belastingplan 2021 regelt dat dit voordeel vrijgesteld is van inkomsten- en vennootschapsbelasting. De bepaling treedt met te- rugwerkende kracht in werking op 1 januari 2020. Let op! De Regeling subsidie vaste lasten (TVL) gaat na 1 oktober 2020 door. Het Belastingplan spreekt zich niet uit over een vrijstelling van deze verlenging. PRINSJESDAGSPECIAL - BELASTINGPLAN 2021 [1/8] Prinsjesdagspecial 2021 In deze Prinsjesdagspecial staan de belangrijkste voorstellen uit het Belastingplan 2021 en aanvullende wetsvoorstellen voor u op rij. De special is verdeeld in de volgende onderwerpen: - maatregelen Covid-19; - maatregelen ondernemingen; - maatregelen werkgever; - maatregelen (vermogende) particulieren; - maatregelen internationale situaties; - maatregelen onroerend goed; - maatregelen auto & mobiliteit; - overige maatregelen. De voorgestelde maatregelen zullen per 1-1-2021 in werking treden, tenzij anders vermeld. COVID-19 Coronareserve Om op een vroeger moment een verwacht verlies over 2020 te verrekenen, is onder voorwaarden al goedgekeurd dat belastingplichtigen voor de vennootschapsbelasting over het boekjaar 2019 een fis- cale reserve kunnen vormen (coronareserve). Belastingplichtigen voor de vennootschapsbelasting kunnen deze coronareserve vormen voor het coronagerelateerde verlies dat zich naar verwachting in het boekjaar 2020 voordoet. De coronareserve verlaagt de winst over 2019 en daardoor kan op korte termijn (een deel van) de betaalde belasting over 2019 terug gekregen worden, of hoeft (een deel van) de belasting over 2019 niet meer te worden betaald. Met dit voorstel wordt de al bestaande goedkeu- ring in wetgeving omgezet. Let op! De coronareserve mag niet groter zijn dan de winst van het jaar 2019 en ook niet groter dan het totale verwachte verlies in het jaar 2020. Vrijstelling Subsidie vaste lasten Medio 2020 heeft het kabinet de TOGS vervangen door de Regeling subsidie financiering vaste lasten MKB COVID-19 (ook wel tegemoetkoming vaste lasten (TVL) genoemd). Het Belastingplan 2021 regelt dat dit voordeel vrijgesteld is van inkomsten- en vennootschapsbelasting. De bepaling treedt met te- rugwerkende kracht in werking op 1 januari 2020. Let op! De Regeling subsidie vaste lasten (TVL) gaat na 1 oktober 2020 door. Het Belastingplan spreekt zich niet uit over een vrijstelling van deze verlenging. PRINSJESDAGSPECIAL - BELASTINGPLAN 2021 [2/8] Vrijstelling TOGS Ondernemers die directe schade ondervonden van de coronamaatregelen, konden in een deel van 2020 profiteren van de regeling ‘Tegemoetkoming Ondernemers Getroffen Sectoren COVID-19’ (TOGS). Dit voordeel betrof een eenmalige tegemoetkoming van € 4.000 om de vaste lasten te betalen. In het Belastingplan 2021 is opgenomen dat dit voordeel onbelast is. Let op! Eventuele terugbetalingen van TOGS-subsidies zijn dus ook niet aftrekbaar. ONDERNEMINGEN Hoge Vpb-tarief gaat toch niet omlaag De lagere tariefschijf in de vennootschapsbelasting wordt vanaf volgend jaar in twee stappen verhoogd naar € 245.000 in 2021 en € 395.000 in 2022. Maar de eerder aangekondigde verlaging van vennoot- schapsbelasting over winsten in de tweede schijf, van 25% naar 21,7%, gaat niet door. Voor kleine bedrijven (met een winst tot € 245.000 in 2021) gaat deze belasting wel omlaag van 16,5 naar 15%. Tip! Vennootschappen in een fiscale eenheid kunnen overwegen om de fiscale eenheid te beëindigen zodat voor iedere vennootschap de verlaagde tariefschijf benut kan worden. Versnelde afbouw zelfstandigenaftrek De eerder geplande afbouw van de zelfstandigenaftrek wordt versneld. In 2021 daalt de zelfstandigen- aftrek van € 7.030 naar € 6.670. Tot 2028 bedraagt de jaarlijkse verlaging € 360, in 2028 € 390 en daarna tot 2036 jaarlijks € 110. Let op! Uiteindelijk zal de zelfstandigenaftrek in 2036 nog maar € 3.240 bedragen. Beperking verliesverrekening Bij nota van wijziging op het Belastingplan 2021 zal het kabinet per 1 januari 2022 een in de tijd onbe- perkte voorwaartse verliesverrekening voorstellen (terwijl dat nu zes jaar voorwaarts is). Daarbij zijn de verliezen (zowel voorwaarts als achterwaarts) echter slechts tot een bedrag van € 1 miljoen aan belastbare winst volledig verrekenbaar. Bij een hogere winst zijn de verliezen slechts tot 50% van die hogere belastbare winst in een jaar verrekenbaar. Deze maatregel volgt uit een van de aanbevelingen van de Adviescommissie belastingheffing van multinationals. Verrekening voorheffingen met vpb Het voornemen is om voor de vennootschapsbelasting de verrekening van voorheffingen zoals de di- vidend- en de kansspelbelasting per 1 januari 2022 te beperken tot de in een jaar verschuldigde ven- nootschapsbelasting. De niet verrekende voorheffingen kunnen worden doorgeschoven naar een later jaar. PRINSJESDAGSPECIAL - BELASTINGPLAN 2021 [3/8] Innovatiebox minder voordelig Als ondernemingen (bv’s, nv’s, etc.) winst maken met innovatieve activiteiten, hoeven zij over dit deel van de winst minder vennootschapsbelasting te betalen. Voor deze innovatieve winsten geldt de zo- genaamde innovatiebox. Per 1 januari 2021 stijgt het effectieve tarief van de innovatiebox van 7% naar 9%. Eenduidige berekeningswijze KIA De berekeningswijze van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) wordt voor belastingplichtigen met meerdere ondernemingen en belastingplichtigen die deel uitmaken van een samenwerkingsver- band (bijv. Vof) verduidelijkt. Een ondernemer heeft recht op KIA naar evenredigheid van zijn investe- ringsbedrag t.o.v. het totaal van de investeringen van het samenwerkingsverband en de buitenven- nootschappelijke investeringen van de ondernemer. Voor het bepalen van de hoogte van de KIA per onderneming wordt voortaan uitgegaan van het investeringsbedrag per onderneming van de belas- tingplichtige. Let op! Er is geen ruimte meer voor uitzonderingen. Baangerelateerde Investeringskorting Bij nota van wijziging op het Belastingplan 2021 zal het kabinet per 1 januari 2021 een Baangerela- teerde Investeringskorting (BIK) voorstellen. De BIK laat ondernemers een percentage van de gedane investeringen in mindering brengen op de loonheffing. Het kabinet wil deze korting tijdelijk invoeren per 2021 als crisismaatregel. Na afloop van de BIK zal deze budgettaire ruimte worden gebruikt voor een nader te bepalen maatregel met hetzelfde doelbereik (het verlagen van werkgeverskosten). WERKGEVER Vrije ruimte 2020 gaat omhoog Voor 2020 wordt de vrije ruimte voor de werkkostenregeling (WKR) met terugwerkende kracht ver- ruimd van 1,7% naar 3% voor de eerste € 400.000 fiscale loonsom. Werkgevers kunnen daardoor hun werknemers extra tegemoetkomen, bijvoorbeeld door het verstrekken van een cadeaubon. Let op! Vanaf 1 januari 2021 wordt de vrije ruimte over de loonsom boven de € 400.000 verlaagd van 1,2% naar 1,18%. Aanpassingen pensioenen De AOW-leeftijd blijft in 2021 66 jaar en 4 maanden. Daarna stijgt de AOW-leeftijd jaarlijks, tot aan 67 jaar in 2024. In het kader van de uitwerking van het Pensioenakkoord komt de regering in 2021 met wetsvoorstellen zodat duidelijker wordt: • wat mensen aan premie voor hun pensioen inleggen; • wat ze aan vermogen opbouwen; • hoeveel hun pensioen later wordt. PRINSJESDAGSPECIAL - BELASTINGPLAN 2021 [4/8] Ook is het de bedoeling dat het pensioen sneller meebeweegt met de economie. Dat wil zeggen om- hoog als het economisch goed gaat en omlaag als economisch slechter gaat. Uiterlijk 2026 zou Neder- land moeten overgaan op het nieuwe pensioenstelsel. Let op! Doel is dat uiterlijk 2026 het nieuwe pensioenstelsel in werking treedt. De aanpassingen moeten nog in wetsvoorstellen vastgelegd worden. (VERMOGENDE) PARTICULIEREN Aanpassingen voor box 3, sparen en beleggen Om de belastingdruk op kleinere vermogens te verzachten, wordt voorgesteld het heffingsvrije ver- mogen in box 3 te verhogen van € 30.846 naar € 50.000 (voor partners samen van € 61.692 naar € 100.000). Ook worden de schijfgrenzen opnieuw vastgesteld, waarbij de 2e schijf begint bij een ver- mogen van € 100.000 en de 3e schijf bij € 1.000.000. Om dit pakket deels te dekken, wordt het belas- tingtarief in box 3 verhoogd van 30% naar 31%. Doordat het belastbaar inkomen in box 3 voor iedereen daalt, heeft dit een neerwaarts effect op het verzamelinkomen. Om te voorkomen dat hierdoor meer aanspraak gemaakt kan worden op een (ho- gere) toeslag, wordt voorgesteld om de vermogenstoets voortaan te baseren op de rendementsgrond- slag in box 3. Tarieven inkomstenbelasting 2021 Belastingplichtigen die aan het begin van 2021 nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt, krijgen in 2021 naar verwachting met de volgende tariefschijven te maken. Box 1-tarief 2021 Bel.ink. meer dan (€) maar niet meer dan (€) Tarief 2021 (%) Schijf laag tarief - 68.507 37,10% Schijf hoog tarief 68.507 - 49,50% Deze percentages zijn inclusief premies volksverzekeringen. Voor wie andere premies volksverzekerin- gen gelden, is een andere tariefstructuur van toepassing. Gewijzigde heffingskortingen Hierin zijn alleen de wijzigingen in heffingskortingen opgenomen zoals vermeld in de Memorie van toelichting van het Belastingplan 2021. Deze betreffen belastingplichtigen die jonger zijn dan de AOW- leeftijd. Voor AOW-gerechtigden gelden lagere maxima. Heffingskortingen 2020 (€) 2021 (€) Algemene heffingskorting maximaal 2.711 2.837 Arbeidskorting max. 3.819 4.205 Inkomensafhankelijkecombinatiekorting max. 2.881 2.815 Jonggehandicaptenkorting 749 761 PRINSJESDAGSPECIAL - BELASTINGPLAN 2021 [5/8] Gewijzigde ouderenkorting De ouderenkorting voor AOW-gerechtigden wordt extra verhoogd. De alleenstaande ouderenkorting ondergaat slechts een inflatiecorrectie. Heffingskortingen 2020 (€) 2021 (€) Ouderenkorting maximaal 1.622 1.703 Alleenstaande ouderenkorting 436 443 Levensloop, inhoudingsplicht Het overgangsrecht voor levensloopregelingen eindigt vanaf 1 januari 2022. Als eind 2021 nog een levensloopaanspraak bestaat, wordt de waarde van die aanspraak belast. Dit geldt voor de deelnemers die de waarde van de levensloopaanspraak niet voor 1 januari 2022 hebben laten uitkeren en waarbij ook anderszins nog geen heffing heeft plaatsgevonden. Voor een goede afwikkeling van het overgangs- recht van de levensloopregeling wordt de instelling (bank, verzekeraar, enz.) inhoudingsplichtig voor de loonheffing. Dit voor het fictieve genietingsmoment over de waarde van de levensloopaanspraak. De instelling kan de loonheffing direct verhalen op de (ex) werknemer. Vanwege de heffing in box 3 wordt het fictieve genietingsmoment vervroegd naar 1 november 2021. Let op! De levensloopverlofkorting en de overige heffingskortingen kan de (ex) werknemer claimen bij de aangifte inkomstenbelasting. Tip! Het fictieve genietingsmoment wordt november 2021. Zo kan de werknemer voor 1 januari 2022 zijn belastingschuld betaald hebben. Aldus wordt het box 3 vermogen verlaagd. INTERNATIONAAL Beperking liquidatie- en stakingsverliesregeling Er komt een aanscherping van de liquidatieverliesregeling. Deze regeling vormt een uitzondering op de deelnemingsvrijstelling: verliezen verbonden aan de liquidatie van deelnemingen kunnen zo toch ten laste van de Nederlandse winst worden gebracht. Voor vaste inrichtingen geldt een vergelijkbare uitzondering op de objectvrijstelling voor buitenlandse ondernemingswinsten, namelijk de stakings- verliesregeling. Er komen drie nieuwe voorwaarden voor het in aanmerking nemen van een liquidatie- of stakingsver- lies: 1. Temporele voorwaarde: het verlies wordt in aanmerking genomen bij liquidatie binnen drie jaar na het jaar van (besluit tot) staking. 2. Territoriale voorwaarde: slechts aftrek van verlies uit Nederland, de EU, de EER en derde lan- den waarmee de EU een kwalificerend associatieverdrag heeft gesloten. 3. Kwantitatieve voorwaarde: slechts aftrek van liquidatieverlies indien sprake is van beslissende invloed. Om de regeling uitvoerbaar te maken, is voorgesteld om de beperking in principe slechts toe te passen voor zover het verlies meer bedraagt dan € 5 mln. PRINSJESDAGSPECIAL - BELASTINGPLAN 2021 [6/8] Aanpassing arm’s-lengthbeginsel Het arm’s-lengthbeginsel houdt in dat afzonderlijke vennootschappen die binnen een concern met elkaar handelen, daar ook marktconforme prijzen voor betalen. Dit is met name relevant in internati- onale situaties. In het voorjaar van 2021 komt het kabinet met een afzonderlijk wetsvoorstel om een neerwaartse aanpassing van de Nederlandse fiscale winst volgens het arm’s-lengthbeginsel te beper- ken als de vergoeding in een ander land bij een gelieerde partij niet of voor een lager bedrag als op- brengst in de heffing wordt betrokken. Deze maatregel beoogt belastingontwijking tegen te gaan. ONROEREND GOED Startersvrijstelling overdrachtsbelasting Starters op de woningmarkt worden onder voorwaarden vrijgesteld van overdrachtsbelasting. Zij moe- ten hiervoor 18 tot 35 jaar zijn, een (recht op een) woning verkrijgen en de woning anders dan tijdelijk als hoofdverblijf gaan gebruiken. Ook mag de vrijstelling niet eerder zijn benut. Of aan de voorwaarden wordt voldaan, wordt beoordeeld ten tijde van de verkrijging (het passeren van de akte). Bij een geza- menlijke aankoop van een woning, moet men de toepassing van de vrijstelling per persoon bekijken. Mogelijk geldt voor het aandeel van de ene koper een vrijstelling en voor het aandeel van de andere koper niet. Let op! Er geldt een overgangsregeling voor kopers die voor 1 januari 2021 een woning hebben gekocht. Als zij aan alle voorwaarden voldoen, kunnen ze de vrijstelling toepassen bij een volgende aankoop. Beperking verlaagd tarief Het verlaagde tarief van de overdrachtsbelasting van 2% geldt enkel nog voor natuurlijke personen die een woning anders dan tijdelijk als hoofdverblijf gaan gebruiken. De verkrijger moet direct vooraf- gaand aan de verkrijging schriftelijk verklaren dat dit de intentie is. De Belastingdienst zal achteraf controleren of de verkrijger de woning inderdaad voor langere tijd als hoofdverblijf is gaan gebruiken. De fiscus kan de toepassing van het verlaagde tarief daardoor terugdraaien (met belastingrente en evt. een boete). De Belastingdienst moet rekening houden met onvoorziene omstandigheden, zoals een scheiding of overlijden. Overdrachtsbelasting verhoogd naar 8% Het algemene tarief van de overdrachtsbelasting wordt verhoogd van 6% naar 8%. Dit tarief geldt voor alle niet-woningen en voor woningen die door de verkrijger niet of slechts tijdelijk als hoofdverblijf worden gebruikt. Dus bijvoorbeeld voor vakantiewoningen, woningen die ouders kopen voor hun kind, bedrijfspanden, en verkrijgingen van woningen door niet-natuurlijke personen zoals rechtspersonen (bijvoorbeeld een bv of woningcorporatie). Tip! Houd rekening met een verhoging van het algemene tarief van de overdrachtsbelasting per 2021 naar 8%. Zorg zo mogelijk voor overdracht in 2020; dat scheelt overdrachtsbelasting. PRINSJESDAGSPECIAL - BELASTINGPLAN 2021 [7/8] Tarief aanhorigheden Aanhorigheden zijn objecten die bij een woning behoren, zoals een schuur, garage, enz. De vrijstelling of het verlaagde tarief (2%) voor de overdrachtsbelasting kan vanaf 1 januari 2021 enkel nog worden toegepast als deze aanhorigheden gelijktijdig met de woning worden verkregen. Uiteraard moet de vrijstelling of het verlaagde tarief dan ook op de woning van toepassing zijn. Later verkregen aanhorig- heden vallen altijd onder het algemene tarief van 8%. Tip! Zorg dat aanhorigheden gelijktijdig met de woning worden verkregen per 2021. Fictief OG en economische eigendom Twee zaken worden uitgezonderd van toepassing van de startersvrijstelling en het verlaagd tarief voor de overdrachtsbelasting. Allereerst is uitgezonderd de verkrijging van enkel de economische eigendom van een woning, zonder dat ook de juridische eigendom wordt geleverd. Daarnaast is uitgezonderd de verkrijging van aandelen in een rechtspersoon die vooral onroerend goed bezit. Let op! De verkrijging van een specifiek recht van lidmaatschap van een vereniging of coöperatie, inclusief het recht op het gebruik van minstens 90% van een woning, kan wel onder de vrijstelling of het verlaagd tarief vallen. Aangifte doen bij vrijstelling ovb In de wet wordt opgenomen dat als een vrijstelling voor de overdrachtsbelasting wordt toegepast, voor die verkrijging een aangifte overdrachtsbelasting moet worden ingediend. Als de verkrijging niet via de notaris verloopt, moet de verkrijger eerst om een uitnodiging tot het doen van aangifte ver- zoeken. Dit moet binnen een maand na de verkrijging. De inspecteur stelt vervolgens vast wanneer de aangifte binnen moet zijn. Die termijn is minimaal een maand. Als er een notariële akte wordt opge- maakt, verzorgt de notaris de aangifte. Tip! Bewaak dat bij vrijstelling voor de overdrachtsbelasting er een aangifte wordt ingediend. Als er een notariële akte wordt opgemaakt, verzorgt de notaris die aangifte. AUTO & MOBILITEIT Lagere bijtelling zonnecelauto’s Voor nieuwe emissievrije auto’s zoals elektrische auto’s is in 2020 de bijtelling 8% van de catalogus- waarde tot € 45.000. In 2021 geldt een bijtelling van 12% over maximaal € 40.000. Anders dan voor elektrische auto’s geldt voor een waterstofauto geen maximale catalogusprijs waarop de lagere bijtel- ling van toepassing is, de lagere bijtelling geldt over de volledige cataloguswaarde. Het kabinet stelt nu voor om ook voor zonnecelauto’s dezelfde regeling te introduceren als voor wa- terstofauto’s. Een bijtelling van 12% in 2021 berekend over de volledige cataloguswaarde. Een zonne- celauto is een elektrische auto met geïntegreerde zonnepanelen. Tip! Voor auto’s met een waterstofmotor geldt nu al over de volledige cataloguswaarde een verlaagde bijtelling wegens privégebruik. Voor zonnecelauto’s geldt dat vanaf 2021. PRINSJESDAGSPECIAL - BELASTINGPLAN 2021 [8/8] OVERIGE MAATREGELEN Uitzondering derdenbeslag Belastingdienst Heeft een derde onder wie beslag moet worden gelegd een elektronisch adres aan de Koninklijke Be- roepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders doorgegeven waaraan moet worden betekend? Dan is de deurwaarder vanaf 2021 verplicht dat derdenbeslag elektronisch te leggen. Voor de Belastingdienst zal een uitzondering gelden, omdat de benodigde voorzieningen nog niet gereed zijn. Zodra de Belas- tingdienst het elektronisch derdenbeslag ten uitvoer kan leggen, vervalt de uitzondering. Dat zal niet voor 2023 het geval zijn. Stijging ODE-tarieven ten bate van SDE++ In verband met het Klimaatakkoord vindt een uitbreiding plaats van de subsidieregeling Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+) met een module klimaattransitie (SDE++). De samenhangende kas- uitgaven van deze regeling worden gedekt door verhoogde heffing op verbruik van elektriciteit en aardgas door bedrijven. Men noemt deze heffing de opslag voor duurzame energie- en klimaattransitie (ODE). De ODE is een opslag op de energiebelasting. Voor huishoudens wordt de ODE-bijdrage gunsti- ger met een aanvullende verhoging van de belastingvermindering in 2021 (€ 5,40) en 2022 (€ 1,00). Invoering CO2-heffing Er wordt een CO2-heffing voor de industrie ingevoerd. Deze ziet hoofdzakelijk op de emissie van broei- kasgas bij en voor industriële productie en afvalverbranding. De heffing zal in de eerste plaats gebeu- ren bij installaties vallend onder het EU ETS. Daarnaast vindt heffing plaats bij afvalverbrandingsinstal- laties en installaties met substantiële lachgasuitstoot. Een deel van de uitstoot wordt vrijgesteld. Deze vrijstelling wordt lineair afgebouwd. PRINSJESDAGSPECIAL - BELASTINGPLAN 2021 [7/8] Tarief aanhorigheden Aanhorigheden zijn objecten die bij een woning behoren, zoals een schuur, garage, enz. De vrijstelling of het verlaagde tarief (2%) voor de overdrachtsbelasting kan vanaf 1 januari 2021 enkel nog worden toegepast als deze aanhorigheden gelijktijdig met de woning worden verkregen. Uiteraard moet de vrijstelling of het verlaagde tarief dan ook op de woning van toepassing zijn. Later verkregen aanhorig- heden vallen altijd onder het algemene tarief van 8%. Tip! Zorg dat aanhorigheden gelijktijdig met de woning worden verkregen per 2021. Fictief OG en economische eigendom Twee zaken worden uitgezonderd van toepassing van de startersvrijstelling en het verlaagd tarief voor de overdrachtsbelasting. Allereerst is uitgezonderd de verkrijging van enkel de economische eigendom van een woning, zonder dat ook de juridische eigendom wordt geleverd. Daarnaast is uitgezonderd de verkrijging van aandelen in een rechtspersoon die vooral onroerend goed bezit. Let op! De verkrijging van een specifiek recht van lidmaatschap van een vereniging of coöperatie, inclusief het recht op het gebruik van minstens 90% van een woning, kan wel onder de vrijstelling of het verlaagd tarief vallen. Aangifte doen bij vrijstelling ovb In de wet wordt opgenomen dat als een vrijstelling voor de overdrachtsbelasting wordt toegepast, voor die verkrijging een aangifte overdrachtsbelasting moet worden ingediend. Als de verkrijging niet via de notaris verloopt, moet de verkrijger eerst om een uitnodiging tot het doen van aangifte ver- zoeken. Dit moet binnen een maand na de verkrijging. De inspecteur stelt vervolgens vast wanneer de aangifte binnen moet zijn. Die termijn is minimaal een maand. Als er een notariële akte wordt opge- maakt, verzorgt de notaris de aangifte. Tip! Bewaak dat bij vrijstelling voor de overdrachtsbelasting er een aangifte wordt ingediend. Als er een notariële akte wordt opgemaakt, verzorgt de notaris die aangifte. AUTO & MOBILITEIT Lagere bijtelling zonnecelauto’s Voor nieuwe emissievrije auto’s zoals elektrische auto’s is in 2020 de bijtelling 8% van de catalogus- waarde tot € 45.000. In 2021 geldt een bijtelling van 12% over maximaal € 40.000. Anders dan voor elektrische auto’s geldt voor een waterstofauto geen maximale catalogusprijs waarop de lagere bijtel- ling van toepassing is, de lagere bijtelling geldt over de volledige cataloguswaarde. Het kabinet stelt nu voor om ook voor zonnecelauto’s dezelfde regeling te introduceren als voor wa- terstofauto’s. Een bijtelling van 12% in 2021 berekend over de volledige cataloguswaarde. Een zonne- celauto is een elektrische auto met geïntegreerde zonnepanelen. Tip! Voor auto’s met een waterstofmotor geldt nu al over de volledige cataloguswaarde een verlaagde bijtelling wegens privégebruik. Voor zonnecelauto’s geldt dat vanaf 2021.
i-Flipbook aan het laden